We schrijven 1972 wanneer de Britse band Pink Floyd met een docu film Live At Pompeii komt. Een concert registratie waarbij de heren met crew alleen in het stadion van Pompeii zijn.
Het apparatuur wordt getest en gecheck om te kijken wat er mogelijk is. Het is dan ook een tijdperk waar geen digitale middelen zijn en dat de synthersizer een groot formaat kent. Daar waar allerlei knopjes op een beatbox staat om geluiden in reverse te plaatsen.
Het is juist dit experimentele deel waar Pink Floyd zich mee bezig hield. Naast hun kritische blik op de wereld, was er ook een kritische blik op de mogelijkheden wat met om handen had. Instrumenten en equipment. Je ziet in deze film dan ook hoe men met deze materialen omging.
Het bijzondere aan het album is dat het een prachtige weergave is van waar de band toen stond. De opmaat naar hun Dark Side Of The Moon album, terwijl ze zelf al hun creaties in ‘Echoes’ hadden gestopt. Een lange muzikale trip van bijna 12 minuten waarin je verdwijnt. Met songs van ‘A Saucerful of Secrets’ en ‘Mademoiselle Nobs’ beland je vanzelf weer in het tweede deel van ‘Echoes’.
Op het tweede deel van het album staat het titelnummer centraal. Een ruim 13 minuten durende muzikale trip met opzwepende drums, gitaar- en keyboard solo’s.
Muzikaal is het een heerlijke trip van geluiden en een melodieuze reis met hoogtepunten en rustpunten. Het maakte Pink Floyd bijzonder. Wel zo bijzonder dat we hier nog steeds de vruchten van mogen plukken. De inspiratie is zo groot dat het vele acts heeft opgebracht.
Maar vooral is de muziek zodat vele generaties en mensen dit mooi vinden en hen hierin verbind. Een gevolg van een leeg historisch Pompeii moment.