Het label Frontiers heeft wederom een nieuwe ‘marketing rockband’ verzonnen. Dit keer staat de American Idol zanger James Durbin centraal, en heeft men gitarist Mike Flynts van Riot V, bassist Perry Richardson en drummer Robert Sweet, beiden van Stryper, weten te strikken om het geheel vorm te geven.
Het debuutalbum was al in de lijn van, wijlen zakenman en self-made miljardair, Del Vecchio gemaakt. Nu Stryper bij Frontiers is beland, en zanger Michael Sweet zijn bijdrage levert aan de band Iconic, is er tijd over voor de rest van de band. Durbin kreeg een baan bij de hereniging van Quiet Riot, en lanceerde dit album bij Frontiers. Na Durbin’s plotselinge vertrek bij Quiet Riot heeft hij twee albums ingezongen, een solo album en het eerste album van Cleanbreak.
Op deze wijze worden superacts gecreëerd, maar of dit nu, in het geval van Cleanbreak, de juiste uitwerking kent is nog maar de vraag. Het tweede album kent al veel minder superact-beïnvloeding, waardoor er meer creatieve ruimte ontstaat voor de muzikanten. Opvallend is dat er daardoor een meer pure rocksound is ontstaan. Durbin weet een mix van een hoge rockstem, à la Michael Sweet, te combineren met een mainstream rocksound. Met ‘Coming Home’ heeft men dan ook een sterke opening te pakken.
Een stevigere rocksound, met een heerlijke Mötley Crüe riff, is in ‘Before The Fall’ te horen, terwijl de uptempo-rock in ‘Dying Breed’ het album goed voortzet. Met het pakkende ‘We Are Warriors’ heeft men in potentie een herkenbaar 80’s Dokken-AOR hit, al leven we nu ruim 30 jaar later.
Het album kent verder heerlijke melodieuze rock songs, zoals ‘Man Of Older Souls’, ‘Cleanbreak’ en ‘No Other Heart’. Dit is een album dat als geheel beter uit de bus komt dan de laatste Stryper-albums.
Copy-edit: 19-7-2022